Op 15 augustus organiseerden we in Hillegom een workshop rond Maria ten hemelopneming. Kees Langeveld vertelde daar het een en ander over de kruidenbos, bestaande uit zeven kruiden, die volgens de overlevering achter bleven in het graf van Maria. Het is een oud gebruik uit Limburg, waar ze de kruidenbos ‘Kroedwisj’ noemen. Deze bos werd op Maria Hemelvaart na de Hoogmis gewijd en daarna droog in huis bewaard. 

Bij dreigend onweer wierp men delen van de kruidenbos in het vuur. Daarom zaten er van oudsher ‘rookkruiden’ in de bos, tegen onheil, bliksem en hekserij. Dit zijn Bijvoet (lange tros met kleine groene bloempjes) en het Koninginnekruid (roze, draderige bloempjes). Koninginnekruid wordt ook wel Leverkruid genoemd. In Zuid-Limburg gebruikte men in plaats van Koninginnekruid ook Wilde Marjolein.

Verder zaten er twee geneeskrachtige kruiden in de kruidenbos: het witte Duizendblad en het gele Boerenwormkruid. Ook horen er nog twee broodgranen bij: Tarwe en bijvoorbeeld Rogge. Omdat er geen Rogge was tijdens de workshop, hebben wij die vervangen door ‘muizengerst’ (officiële naam: Kruipertje).

Tenslotte hoorde er een boomvrucht in de kruidenbos, de Walnoot, omdat dit een vrucht zonder doornen is (zoals Maria wordt toegezongen als ‘Roos zonder doornen’) en omdat het blad uit 7 deelblaadjes bestaat. Onlangs hoorde Kees nog van een oude gewoonte in de Krimpenerwaard: daar staat bij veel boerderijen een Walnoot op het erf omdat de notenboom de muggen weghoudt.

Het was een mooie dag om de kruidenbosjes met elkaar te maken. Foto’s kunt u bekijken in het fotoalbum.